Van bestrijden naar voorkomen: het belang van biodiversiteit
Van bestrijden naar voorkomen: het belang van biodiversiteit
Biodiversiteit, de rijkdom aan soorten planten, dieren en micro-organismen, is essentieel voor een gezond ecosysteem. Want in een gezonde omgeving krijgen ziektes en plagen minder kans. Eveline Stilma, projectleider Biodiversiteit bij Greenport WestHolland, legt uit waarom een rijke verscheidenheid ook voor het kweken van sierteeltproducten zo belangrijk is.
“In het algemeen geldt dat hoe groter de biodiversiteit is, hoe gezonder en meer in balans een ecosysteem is. Het zuivert de lucht en het water, zet afval om in grondstof en zorgt bestuiving en bemesting”, zegt Eveline, die plantenteelt studeerde aan Wageningen University & Research en in 2008 promoveerde op biodiversiteit in de landbouw. “Het slechte nieuws is dat we de afgelopen jaren te kampen hebben met een sterke afname van de rijkdom aan dieren en planten in Nederland.” Eveline zet zich daarom op verschillende manieren in om biodiversiteit te herstellen.
Biodiversiteit in en rondom de kas
“Als zelfstandige werk ik voor meerdere organisaties, waaronder als Programmamanager Biodiversiteit voor Greenport WestHolland. Ik heb in 2020 30 partijen bij elkaar gebracht en hen gevraagd welke ambities zij en hun organisatie hebben op het gebied van biodiversiteit. Ook Royal FloraHolland werkt hieraan mee. Allemaal willen zij in 2020 werken aan biodiversiteit rondom de kas op vier aandachtsgebieden:
1: Het effect van de randen op de teelt
2: Biodiversiteit in water, oever en berm
3: Enthousiasmeren in de keten
4: Verbinden van natuurgebieden via biodiversiteit rondom de kas
“Tegelijkertijd liep er bij Glastuinbouw Nederland/ Provincie Zuid-Holland in 2020 een onderzoek naar biodiversiteit in het Oostland met kwekers. Zij reageerden enthousiast en de Provincie maakte een subsidie vrij zodat vier deelnemers in het Oostland aan de slag konden met biodiversiteit. Deze vier deden mee aan een monitoringsonderzoek van de WUR naar de aantrekkingskracht van natuurlijke vijanden en het effect op plaagdruk. De eerste resultaten van dit onderzoek zijn inmiddels bekend. In 2022 gaf de Provincie opdracht aan Greenport WestHolland om te onderzoeken hoe zij tuinders die een bijdrage leveren aan biodiversiteit financieel kunnen ondersteunen. Toen zijn we met een expertgroep van 10 mensen gaan onderzoeken hoe we dit idee handen en voeten kunnen geven. Er moet namelijk ook meer kennis komen over weerbaar telen, een gezond bodemleven en natuurinclusieve tuinbouw, die allemaal ten grondslag liggen aan biodiversiteit.”
Interesse groeit
“Zo organiseerden we onlangs een symposium over natuurinclusieve tuinbouw. Je merkt dat de interesse onder kwekers voor dit onderwerp toeneemt. Er is een aantal voorlopers die dit omarmen en mij als het ware ‘dragen’, maar je hebt ook een groep die behoudender is. Ik heb de meeste innovatieve in mijn netwerk zitten, maar er zijn er ook die alles liever laten zoals het is. Dat is heel begrijpelijk. Want de kennis hierover staat nog maar in de kinderschoenen. Daarom is meer onderzoek nodig en leren we in de praktijk met elkaar. Bovendien houden we hier in het vervolgprogramma met de Provincie rekening mee. We zoeken naar middelen om de kwekers die stappen willen nemen zo goed mogelijk te ondersteunen, terwijl we degenen die nog niet zover zijn de kans geven om mee te kijken met collega-kwekers.”
Eveline is desalniettemin optimistisch. “Ik heb bij alle adviseurs duurzaam telen opgevraagd met hoeveel kwekers zij werken. We kwamen uit op 10% van de hele sector die al bezig is met een vergaande vorm van natuurinclusief telen. Bij natuurinclusief telen wordt bewust ruimte gecreëerd voor biodiversiteit. Dan heb ik het bijvoorbeeld over weerbaar telen, het gebruik van compost, bankerplanten (planten die in tijden van schaarste voedsel bieden aan natuurlijke vijanden van plaaginsecten) in de kas zetten en het zaaien van biodiversiteitsranden naast de kas. En dan is er nog eens 8% die al minder chemie gebruikt en ook van die randen aanlegt. Dat is een soort van ‘light’-versie. Dus bij elkaar zitten we al op ruwweg 18% van de kwekers. Dat is best veelbelovend.”
“Als we daar onderzoek op zetten en gaan uitbreiden, en meer kennis gaan delen, dan heb je best kans dat dat over vijf jaar al 60% is. We hadden bijvoorbeeld twee jaar geleden één chrysantenkweker om, en Koppert (gespecialiseerd in biologische gewasbescherming) heeft er nu vijf en er is nog een aantal dat de hand opsteekt om mee te doen. Het mooie is dat de adviseurs nu meer ervaring hebben en weten wat ze moeten doen. Dus bij de volgende kwekers gaat het proces veel sneller.”
Van bestrijden naar voorkomen
Hoe kunnen we biodiversiteit bevorderen in de praktijk? Een goede biodiversiteit is onlosmakelijk verbonden met plantweerbaarheid en een gezond bodemleven. In plaats van onderdrukken of bestrijden wat je niet wilt hebben, is het uiteindelijk effectiever om een gezonde omgeving te creëren, waarin ziektes of plagen geen (of minder) kans krijgen. Een gezonde omgeving betekent een goed evenwicht tussen insecten, bacteriën en schimmels.
Eveline: “In het gangbare systeem sturen we op minerale voedingsstoffen en staat de plant zelf centraal. Alles gaat alleen richting de plant: de voeding, het klimaat en de gewasbescherming. En dan is het achteraf bestrijden als een plaag of ziekte binnenkomt. Bij weerbaar telen gaan we uit van preventie. Voordat een plaag of ziekte binnenkomt, zorg je ervoor dat de plant niet zo makkelijk ziek wordt. Dankzij het evenwicht in het bodemleven wordt de indringer meteen gebufferd. De natuurlijke vijanden zorgen ervoor dat de plaag niet groot wordt.”
Dat klinkt als een ideale situatie, maar in de praktijk is het nog niet zo simpel om dit evenwicht in de bodem te bereiken. In een vervolgartikel gaan we daarom in op wat andere tuinders en kwekers doen aan een gezond bodemleven, weerbaar telen en biodiversiteit.