Regio – Net als vorig jaar werd het ”nijpende woningtekort” meerdere malen aangehaald in de troonrede. Het is een kerntaak van de overheid om ervoor te zorgen dat iedereen over een ”eigen thuis in een veilige, bereikbare en aantrekkelijke wijk” beschikt, aldus Willem Alexander. Reeds vorig jaar heeft de overheid de regie op het gebied van volkshuisvesting en ruimtelijke ordening naar zich toegetrokken.
Afgelopen maart verscheen in dit kader de Nationale Woon-en Bouwagenda waarin de doelstellingen en de programmatische aanpak voor de komende jaren wordt geschetst. Hoewel recentelijk ter discussie is komen te staan of de ambitie van 100.000 nieuwe woningen per jaar haalbaar is, wordt het versnellen van de woningbouw om in 2030 tot in totaal 900.000 nieuwe woningen te komen ook in de Miljoenennota benadrukt. Van die nieuwe woningen moet twee derde betaalbaar zijn. Bovendien is de Woningbouwimpuls verlengd om financiële problemen omtrent de exploitatie van woningbouwgronden bij specifieke projecten het hoofd te bieden. Het kabinet maakt hier vanaf 2023 tien jaar lang 100 miljoen euro voor vrij. Om te zorgen dat nieuwe grootschalige woningbouwgebieden ook goed bereikbaar zijn, is er voor de komende tien jaar 7,5 miljard euro beschikbaar gemaakt in het Mobiliteitsfonds.
Het afschaffen van de verhuurderheffing en bindende prestatieafspraken met Aedes (branchevereniging van woningcorporaties) en met de Woonbond (landelijke vereniging voor huurders) moeten ervoor zorgen dat er sneller meer sociale huurwoningen worden gebouwd.
Huren
Uit de Miljoenennota blijkt dat het kabinet het komende jaar volop wil inzetten op beschikbaarheid, betaalbaarheid en geschiktheid van huurwoningen. Zo moet het voor mensen met een middeninkomen makkelijker worden om een passende huurwoning te vinden. Het reguleren van de (aanvangs)huurprijzen van middenhuurwoningen zal hieraan gaan bijdragen.
Voor mensen met een sociale huurwoning van een woningcorporatie verandert er ook het een en ander. Hier maakte het kabinet al afspraken over in het Sociaal Huurakkoord met Aedes en de Woonbond. Om de gevolgen van de sterk stijgende inflatie enigszins op te vangen is afgesproken dat de maximale huursomstijging in de sociale sector de komende drie jaar niet meestijgt met inflatie, maar met 0.5% minder dan de stijging van de cao-lonen. Daarnaast krijgen huurders met een inkomen op of onder 120% van de minimum inkomensijkpunten uit de huurtoeslag een wettelijk verplichte eenmalige huurverlaging tot 550 euro (prijspeil 2020) als zij woonachtig zijn in een sociale huurwoning van een woningcorporatie. Gemiddeld zal dit een huurverlaging van 57 euro per maand opleveren en dit gaat in per 1 juli 2023 (een jaar eerder dan aanvankelijk gepland). Bovendien wil het kabinet de huurtoeslag hervormen zodat die makkelijker te doorgronden is voor aanvragers waardoor de kans op terugvorderingen afneemt. Ook gaat de huurtoeslag vanaf januari 2023 omhoog, het kabinet reserveert hier jaarlijks 325 miljoen euro voor.
Aandachtsgroepen
In het programma Een Thuis voor Iedereen, onderdeel van de Woon- En Bouwagenda, was afgelopen mei al te lezen wat gemeentes gaan doen om specifieke kwetsbare doelgroepen met voorrang aan een betaalbare woning te helpen. Met behulp van woonzorgvisies zetten zij in op de behoeften van ouderen en bijvoorbeeld dak- en thuislozen. Het realiseren van passende woningen voor ouderen moet de doorstroming op de woningmarkt bevorderen. Een evenwichtigere verdeling van de woonvoorraad is hierbij essentieel. Het streven is dan ook voor iedere gemeente om naar 30% sociale huurwoningen toe te groeien, mochten ze nu nog niet aan deze norm voldoen.
Verduurzaming
Ook het verduurzamen van woningen staat hoog op de agenda. Met het Nationaal Isolatieprogramma wil het kabinet het mogelijk maken voor huishoudens om hun woning energiezuinig te maken. Hier maakt het kabinet in 2023 en 2024 in totaal € 300 miljoen euro voor vrij. Gemeenten kunnen inwoners subsidies verstrekken om zo hun energierekening binnen de perken te houden.
Huisvestingsproblematiek statushouders
Er worden maatregelen genomen om problemen omtrent de crisisopvang van asielzoekers en de huisvesting van statushouders op te lossen. Hier wordt, inclusief het bedrag dat is gereserveerd voor inburgering, 1 miljard euro voor vrijgemaakt. Het Rijksvastgoedbedrijf zal o.a. flexwoningen kopen om door te verkopen aan woningcorporaties. Voor het versnellen van deze snel te realiseren vorm van tijdelijke huisvesting in het algemeen (niet slechts voor statushouders) is in totaal 380 miljoen euro beschikbaar. Ook door middel van transformatie van leegstaande panden, waaronder zorgvastgoed en kantoren, moeten er meer woningen beschikbaar komen voor lokale spoedzoekers zoals vluchtelingen uit Oekraïne en statushouders.
Reacties
Er is wisselend gereageerd op de Rijksbegroting voor 2023. Veel partijen geven aan blij te zijn met het feit dat het oplossen van de woningnood en lastenverlaging voor huurders topprioriteit is. Zo geeft Aedes aan verheugd te zijn dat de huurverlaging voor minima een jaar eerder in gaat. Aedes-voorzitter Martin van Rijn: ”Het eerder invoeren van de huurverlaging voor de minima én het aangekondigde prijsplafond voor energie zijn een noodzakelijke steun in de rug voor huurders. Ook woningcorporaties houden vinger aan de pols en helpen huurders zodat ze niet in de knel komen.” (1) Ook de Woonbond is voorzichtig optimistisch, maar geeft aan dat er nog werk aan de winkel is: ”De Woonbond ziet dat er stappen de goede kant op worden gezet in de begroting. Toch is er meer nodig om de inkomens te verhogen, is er een blinde vlek voor met name de betaalbaarheid voor huurders in de commerciële sector, en moeten de slechtste woningen met enkelglas zo snel mogelijk worden aangepakt nu de energieprijzen zo hoog zijn.” (2) Vanwege een gebrek aan ambtelijke capaciteit en andere arbeidsmarkttekorten, stijgende bouwkosten en de stikstofproblematiek is het nog maar de vraag of alle plannen daadwerkelijk uitgevoerd kunnen worden. Minister de Jonge beaamt in een interview met BNR dat 900.000 woningen inderdaad een forse ambitie is, maar blijft optimistisch. ”We hebben het tientallen jaren zo gedaan. Het is niet zo dat we het nooit hebben gekund. We zijn het alleen verleerd en moeten het weer gaan doen.” Wat betreft het reguleren van de middenhuur moet er volgens De Jonge in ieder geval worden gezocht naar mogelijkheden waarbij enerzijds huurders worden beschermd en anderzijds het voor investeerders nog lucratief is om in deze woningbouwprojecten te financieren. Hierover is het ministerie nog in gesprek en meer informatie volgt in november